Landschap met water en bomen

Vier mijl

09 april 2024
Column burgemeester

Als je zoals ik al zo’n veertig jaar aan het hardlopen bent, zou je een boek kunnen schrijven over alle hoogte- en dieptepunten. Natuurlijk waren de marathons zwaar, maar altijd de moeite waard. En wat had ik een plezier aan de zware boslopen in Diever. En wat was die bergloop in het Zwitserse Zermatt loeizwaar, maar ook figuurlijk adembenemend. En misschien had ik nog wel het meeste plezier aan die duizenden loopjes op de mooiste plekken in en om het huis. 
Maar aan de vooravond van de zoveelste Vier Mijl denk ik toch nog vaak terug aan die editie in Groningen in 2010. Een half jaar daarvoor ging ik onverwacht door het oog van de naald. Het verhaal is genoegzaam bekend, al was het maar omdat het alle kranten haalde. Bekende Burgemeester zijn heeft in beroerde tijden ook nadelen. Een totaal onverwachte hartritmestoornis bracht me op de rand van leven en dood. Ik had pech en geluk tegelijk, want ik overleefde de IC. Voluit hardlopen zat er niet meer in. Maar ik mocht blijven sporten. Sterker nog, dat was juist goed. 
Na een wankelend voorjaar sta ik aan de start in Haren. Oudste Dochter loopt met me mee. We naderen de finish in een tijd waar ik me een jaar eerder voor zou hebben geschaamd. Samen komen we over de finish. De speaker herkent me en juicht me over een bomvolle Vismarkt toe. Misschien werd mijn loopshirt niet alleen nat van het zweet. 

Deze week sta ik de dag na mijn 63e verjaardag weer eens aan de start. Nu mijn eerste loop als opa. Oudste Dochter is thuis gebleven, nog bijkomend van een uiterst geslaagde bevalling van de mooiste kleinzoon van de wereld. Jongste Dochter staat vrolijk naast me. Zij loopt de Vier Mijl met twee vingers in haar neus, zoals dat zo mooi heet. Zondag loopt ze de marathon van Rotterdam, die ik als Feyenoord-supporter (6-0…) ook al twee keer liep. 
Om mij heen staan al gauw honderd collega’s in een schitterend shirt ter gelegenheid van Koningsdag. De stad raakt in de stemming. In een rustig drafje loop ik naar de finish. De nieuwe organisator heeft er een mooi loopfeest van gemaakt (en heeft plechtig beloofd nooit meer te gaan wildplakken…). 
Na honderd keer moi en evenveel keer zwaaien kom ik toch wel wat moe aan op een gezellig Raadhuisplein. Mooi om te zien hoe sport kan verbroederen. De een na de ander finisht opgelucht. De medaille kan in de schoenendoos. Daar doe ik het niet meer voor. Wel voor wat eenvoudig loopplezier. Over 12 jaar word ik 75. Als ik dan eens zou mogen hardlopen met mijn kleinzoon en dat hij dan vraagt: “gaat het een beetje opa?”. 

Chat met een medewerker