Landschap met water en bomen

Van je hela hola

27 juni 2023
Column burgemeester

Ze zwaait vrolijk met haar armen en zingt verrassend luid: “we zijn er bijna, we zijn er bijna”. Ik kan het lied wel dromen. Hoeveel Avondvierdaagsen eindigden zo. Je was moe en een beetje misselijk van iets te veel snoep en komkommer.
Nu loop ik mee met de Rolstoelvierdaagse van De Holdert, een fijn verzorgingstehuis. Het is een vrij simpel idee. Maar het kost heel veel organisatie. De Holdert heeft een aantal fantastische meiden in dienst, die het maar wat leuk vinden om dit te organiseren. Ik loop elk jaar de slotavond mee.
Als ik tegen zessen kom aanlopen, staat het hele ‘spul’ al startklaar. Een oude man herinnert mij meteen aan de grap van vorig jaar: “hij liet me zo maar staan op de overweg”. Hij moet er nog steeds hard om lachen. Ik deed toen inderdaad net alsof mijn veter los zat en liet hem zogenaamd achter tussen de rails.
Nu mag ik met mevrouw Van W. lopen. Dat blijft bijzonder: dan ben je bijna aan het eind van je leven, en dan vind je het geweldig dat de burgemeester je voortduwt. We hebben meteen een leuk gesprek. Haar schoonzoon meldt voorzichtig dat moe wel een beetje begint te dementeren, maar dat deert niet. We gaan al gauw met een man of 200 op pad richting Noordbarge. Het zijn van die momenten, waarop elke burgemeester denkt: “je krijgt er nog voor betaald ook”.
Ik ben helaas vrij handig met een rolstoel. Ma had Parkinson en gaf mij  onbedoeld veel rolstoellessen. Terwijl mijn oude passagier het “van je hela hola, houd de moed erin” inzet, denk ik wat weemoedig terug aan al die ritjes met mijn lieve moeder. Op zondag langs de Wijde Aa, op vrijdag een rondje markt. Vaak pikten we een terrasje, waar ik trakteerde (“kun je dat wel betalen, lieve jongen”). Ik voerde haar het appelgebakje, dat er na een sobere jeugd nu wel afkon.
Via de Schapenveenweg, bereiken we Westenesch. We lopen het vier mijl-parcours, maar dat weet hier niemand. Onderweg zwaaien veel mensen, als bij de echte Vierdaagse. Op het Raadhuisplein worden we ontvangen met applaus en natuurlijk gladiolen. Als ik mevrouw Van W. vraag wat voor bloemen het zijn, zegt ze “mooie bloemen”. Die moet ik onthouden voor later.
Binnen mag ik in een bomvolle recreatiezaal iedereen bedanken en een cheque overhandigen aan de Alzheimerstichting.
Daarna zingt vriend Erik van Klinken de pannen van het dak. Als de polonaise wordt ingezet, praat ik nog wat bij met veel letterlijk oude bekenden. Mevrouw Van W. bedankt me hartelijk: “oh, ik heb zo genoten”. Dat zegt een andere vrouw ook, om daarop te laten volgen: “maor ik mis mien man wel”.

Chat met een medewerker