Hagelslagpolitie
Als ik het speellokaal van de katholieke school in Emmermeer binnenstap, is het al een drukte van belang. De peuters en de leerlingen van groep 1 en 2 zoeken een plekje. Er zijn matten neergelegd voor de hele kleintjes. De iets ouderen zitten op de gymbanken die er al een eeuw lang hetzelfde uitzien. Sommige kinderen vinden het maar wat spannend. Maar anderen laten graag hun nieuwe armbandje of mooie vlechtjes aan die lange meneer zien.
Ach, je wordt er altijd wat weemoedig van. Wat was dat altijd een mooi begin van de dag. Als ik ‘onze meisjes’ naar de fijne school in het dorp bracht, was er altijd wel tijd voor een grapje of een knuffeltje. Ik zie ze nog wat aarzelend zwaaien. Even voetballen op het schoolplein of stoeien met de oudere jongens (tot juf vroeg of dat wat minder kon, want ze kwamen altijd stuiterend de klas in). De nieuwe kinderburgemeester Jayvion komt ook binnen. Hij is de vorige avond officieel benoemd door de gemeenteraad. Een mooi moment. Maar nu moet hij echt aan de bak. Hij heeft er zin in, dat zie ik zo. Mooi dat we op allerlei momenten samen aan het werk kunnen. Tegelijk is wethouder Leal bezig met de vorming van kinderraden in de dorpen en wijken. Zo brengen we de ‘democratie dichterbij’. We beginnen om de beurt met voorlezen. Fraai teamwerk. Voorlezen is heel belangrijk voor de taalontwikkeling. Elke dag 15 minuten voorlezen draagt enorm bij aan het vergroten van het aantal woorden dat kinderen moeten kennen. En het is ook leuk werk. We lezen voor uit het ‘Prentenboek van het Jaar’. Prachtboek dat in de kleine versie 5 euro kost. Het gaat over jongetje Maximiliaan Modderman die met de dieren een badfeestje geeft. Natuurlijk wordt het een enorme bende, helemaal als de taart ook in bad gaat. Ze luisteren goed. Het blijft altijd mooi om te zien hoe de oudere kinderen sneller een grapje oppakken dan de kleintjes (“nee, dat kan natuurlijk niet, een taart in bad, hahaha”). Daarna gaan we ontbijten. Les 2 voor vandaag. Het is belangrijk dat kinderen de dag beginnen met een goed ontbijt. De tafeltjes zijn netjes gedekt. Ik pak er maar even een krukje bij, want die kleine stoeltjes zijn niet zo goed voor een lange burgemeester. Samen eten is ook een feestje. De schoolmeester in mij kan de rekenles niet laten: “hoeveel korreltjes hagelslag zitten er op de boterham? En als het er meer dan vijf zijn, bel ik de hagelslagpolitie”. Ze beginnen fanatiek te tellen. Bij 6 pak ik mijn telefoon. Even kijken ze of ik het meen, maar dan komen er vier lachjes waarmee ik wel een week vooruit kan.