Landschap met water en bomen

Dit zijn de namen

28 januari 2025
Column burgemeester

‘Rinus’, is de naam van de kleine neushoorn. Hij is nog wat speels. Daarmee belandt hij in gevaarlijke situaties. Maar gelukkig redt zijn eerst slapende lieve opa hem. De kinderen van ‘De Wiebelboot’ in Klazienaveen luisteren op deze Nationale Voorleesdag ademloos. Mooi hoe ze steeds een woordje aanvullen in het bekende verhaal. 

Van ‘De Wiebelboot’ ga ik naar Herinneringscentrum Kamp Westerbork. Geen gevarieerder beroep dan burgemeester. Ook hier ben ik gevraagd om voor te lezen. Het gaat om de namen van de meer dan 100.000 slachtoffers die vanuit Westerbork naar de vernietigingskampen werden gevoerd. Tachtig jaar na dato wordt hier door het voorlezen van de namen indringend aandacht voor gevraagd. 

Bij het Herinneringscentrum ben ik vaker geweest. Als ik het voormalige kampterrein oploop, zie ik in de verte de tent staan waar het voorlezen plaatsvindt. Elke keer ben ik weer onder de indruk van de omgeving. Aan de ene kant is het een prachtige verstilde omgeving. Dan is het des te moeilijker voor te stellen dat dit het voorportaal was van een de grootste misdaden uit de geschiedenis. 

In de tent ontmoet ik onze leuke Kinderburgemeester Tess. Die vindt het best wel een beetje spannend. Dat snap ik wel. Dan ben je een jaar of tien, en dan moet je op zo’n beladen plek namen voorlezen van mensen die dood zijn gemaakt. Onder begeleiding nemen we plaats in het gedeelte waar het voorlezen van de 100.000 namen is begonnen. Dat gaat zo’n vijf dagen duren. Vijf dagen met elke tien tellen een naam. Onvoorstelbaar. Terwijl ik naar de namen zit te luisteren, maak ik een snelle rekensom. Als we dat met alle zes miljoen slachtoffers zouden doen, zijn we ongeveer een jaar bezig. Onvoorstelbaar, een jaar lang, elke tien tellen een naam van iemand die door de nazi’s is vermoord. 

Dan zijn wij aan de beurt. Vanaf een scherm lezen we om de beurt de namen voor. We zijn een van de eerste lezers, dus nog bij de A. Al lezend wordt het nog schrijnender. Reeksen mensen van dezelfde familie. En ook heel veel kinderen: “Betty Agsteribbe, twee jaar, Eduard Agsteribbe, negen maanden…”. Het onvoorstelbare is gebeurd. De bomen achter mij zijn de stille getuigen. Tess leest zonder haperen de namen voor: “Jozef Agsteribbe, vier jaar”. Dit vergeet ze haar leven niet.

Een paar dagen later ben ik in Georgsmarienhütte uitgenodigd voor de herdenking van de Nazi-slachtoffers. In onze Duitse partnerstad was een kamp van de Gestapo waar vele dwangarbeiders het leven lieten. Met twee raadsleden leggen we namens de gemeente Emmen een krans bij het monument. Het opkomende rechts-extremisme en neonazisme leidt juist in Duitsland tot veel zorg. Terwijl we stilstaan bij het indrukwekkende monument denk ik aan ‘Abraham Agsteribbe, vijf jaar’.

Chat met een medewerker