Dit zijn de namen
Als ik de mooie synagoge van Emmen binnenkom, word ik hartelijk ontvangen. Bijna alle plekken zijn bezet. Er zijn veel jongeren. Dat is mooi als we stilstaan bij de verschrikkingen van de oorlog. In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 werden in heel Nederland 17.000 Joden opgepakt en naar kamp Westerbork getransporteerd. Het merendeel ging daarna door naar vernietigingskamp Auschwitz. In Emmen ging het om 65 mensen.
We staan tijdens een herdenkingsdienst stil bij deze verschrikkelijke gebeurtenis. De razzia was een weldoordachte actie, die uiteindelijk aan veel mensen het leven heeft gekost. Een aantal leerlingen van het Hondsrug College leest zelfgemaakte gedichten voor. Daarna lezen ze de namen voor van de 65 slachtoffers. Door de koppeling aan de leeftijd wordt het nog indrukwekkender, 1 jaar, 86 jaar, etc. We bidden voor hen.
Aan het eind van de bijeenkomst krijg ik een boekje aangeboden met een fietsroute langs oorlogsmonumenten, de synagoge, de Joodse begraafplaatsen en stolpersteine. Mooi woord, stenen waar je ‘met je hoofd en je hart’ over struikelt. Het zijn kleine herkenningstekens in de stoep voor huizen van Joodse mensen die zijn opgepakt. Een indrukwekkende geschiedenis over 12 kilometer.
In een korte toespraak geef ik eerst de leerlingen een compliment. De verhalen van de oorlog maken zelfs de drukke pubers stil. Het blijven ook indrukwekkende en stilmakende verhalen. In 1 nacht worden 17.000 mensen opgepakt, 2 FC Emmen-stadions vol. In Emmen werden 65 mensen uit hun huis gehaald, gesleurd. De gemeente werkte daar behulpzaam aan mee. Vaak werden de huizen daarna leeg geroofd. Een pijnlijke geschiedenis. Het idee dat heel Nederland in verzet was, moet worden bijgesteld.
Het herdenken van deze verschrikkelijke gebeurtenis is juist nu heel actueel. Op een steenworp afstand van de synagoge vangen we mensen op die gevlucht zijn uit een gruwelijke oorlog, die alleen maar verliezers kent. En we zijn ook een gastvrije gemeente voor mensen, die asiel aanvragen in Nederland. De jodenvervolging leert ons dat iedereen van gelijke waarde is. Juist in deze tijd zijn verdraagzaamheid, barmhartigheid en begrip voor elkaar geen versleten begrippen. Of om Daniël Lohues nog maar eens te citeren: ‘aordig doen tegen mensen die niet aordig zijn’.
Ik zie de leerlingen aandachtig luisteren. Daarom is het zo belangrijk om de namen van de slachtoffers te blijven noemen. Anders ga je twee keer dood. De eerste keer als je sterft. De tweede keer als niemand je naam meer noemt. Zoals de Dichter des Vaderlands schrijft: ‘namen horen een leven lang mee te gaan/en met een heel leven weet u heel goed wat ik bedoel/namen mogen alleen langzaam verdwijnen uit onze gedachten/en niet voordat ze een afscheidsdansje hebben gemaakt/op onze bevende lippen (…)/want een naam wil leven’.