Landschap met water en bomen

Dick

20 juni 2023
Column burgemeester

Het congres van de Vereniging Nederlandse Gemeenten was dit jaar in Stad (voor de allochtonen: Groningen). Als bestuurslid en burgemeester tussen drieduizend collega-leden is dat altijd een drukke boel. Maar ik vind een gaatje om nog even terug te gaan naar de straat waar het allemaal in 1980 begon. De Jozef Israelstraat ziet er ongeveer nog net zo uit als toen. Ik had een slordig zolderkamertje voor 275 gulden. Mijn vader keek als voormalig aannemer wat bezorgd rond, maar ik vond het allang best. In de kennismakingsweek van de universiteit ontmoette ik het leukste meisje waar ik na 43 jaar nog steeds gek op ben. Zo werd het kleine kamertje nog leuker.
In de straat is het nog steeds een fietsenbende. Schuin er tegenover zat een oude sigarenzaak, waar ik ’s ochtends mijn krantje haalde. Dat was een van de weinige luxe zaken die ik me kon permitteren. Maar het was een mooie tijd: de liefde, de vrijheid, de studie en natuurlijk voetballen bij De Vogels.
De avond ervoor vertelde ik er over bij het VNG-bestuursdiner. Tijdens mijn studie voetbalde ik bewust niet bij een studentenvereniging. Bij De Vogels kwam ik de stratenmakers, buschauffeurs en automonteurs tegen. Als aanvoerder van het eerste was ik al snel een van hen. Bij het klaverjassen hielden ze de arme student altijd ‘vrij’. Zij hadden al wel wat geld. Jaren later kwam ik in de Euroborg een van de jongens tegen, eigenaar van een mooie garage in Stad. Ik bedankte hem voor al die rondjes. Ik gaf hem een hele hand vol biermuntjes, “die had je nog tegoed”.
Zelfs nu loopt voetbal nog als een rode draad door mijn leven. Zo was ik iets later op het VNG-congres. Eerst moest er nog afscheid worden genomen van de trainer van FC Emmen. In Schoonebeek komen spelers en trainers bij elkaar. De stemming is wat bedrukt. Logisch, want we zijn gedegradeerd. Ik mag de trainer nog toespreken. We kennen elkaar al jaren vanuit onze gezamenlijke Veendammer tijd. Fijne vent. Open en eerlijk en tegelijk een echte vakman. Ik zie de ontroering in zijn ogen wanneer ik hem namens het gemeentebestuur uitroep tot Ereburger van de gemeente Emmen. Je wordt niet beoordeeld op de laatste wedstrijd. Dick Lukkien was zeven jaar lang een voorbeeldig ambassadeur van ‘Emmen’, waardoor de club en de gemeente in alle hoeken van Nederland een goede naam heeft.
Op het congres word ik door heel veel mensen, inclusief de burgemeester van Almere, aangesproken: ”wat jammer van je cluppie”. Het wordt een mooi congres in de stad waar ik zulke goede herinneringen heb. En ik wiebel tussen chagrijn over de val van FC Emmen en het plezier over De Vogels, “Voor Ons Genoegen En Lichaamssport”.

Chat met een medewerker