Landschap met water en bomen

De Koning helpen

02 mei 2023
Column burgemeester

We leerden het thuis al vroeg: “nooit jokken”. Altijd eerlijk zijn. Zelfs een ‘leugentje om bestwil’ (mooie uitdrukking) was niet echt toegestaan. Toch worden op een kille woensdagochtend heel wat Emmenaren om de tuin geleid. Ze worden allemaal met een smoes naar de Grote Kerk geleid. En het is net als op 1 april, niemand bedenkt dat het een bijzondere dag is. Voor Koningsdag worden namelijk de ‘lintjes’ uitgereikt. En dan is het wel zo leuk dat dat tot het eind een verrassing blijft.
Dat lukt  bijna altijd. Zo wordt iemand gelokt met de belofte dat er nodig een nieuw pak moet worden gekocht. Een ander is er voor het zogenaamde afscheid van de directeur van Wildlands. En een oudere vrouw zou met haar dochter naar een prijsuitreiking, zodat je er wel netjes uit moet zien. Sommigen hebben zelfs als ze in de Grote Kerk zitten nog niet helemaal door wat er aan de hand is.
Maar tegen tien uur ga ik toch van start. In 1815 reikte Koning Willem de eerste koninklijke onderscheiding uit aan zijn zoon. Hij kreeg het ‘lintje’, omdat hij zo dapper het Nederlandse leger had geleid in de slag om Waterloo.
Tijden veranderen. Want nu komt in principe iedereen in aanmerking voor een koninklijke onderscheiding. Geld speelt geen rol en de functie ook niet. Maar je moet natuurlijk wel wat gedaan hebben voor de samenleving.
En daar ontbreekt het niet aan. In dik twee uur vertel ik waarom 22 inwoners hun ‘lintje’ dik en dik hebben verdiend. De een heeft jaren gewerkt in en voor de kerk. Een echtpaar heeft de zorg voor de bedreigde ooievaars op poten gezet. Weer een ander doet goed werk in verzorgingshuizen. Een oudere vrouw die de kerk schoonmaakt, kijkt na afloop van haar werkzaamheden altijd even omhoog voor de goedkeuring van boven : “is het zo netjes genoeg”? En ook een vrijwilliger van het Hospice krijgt alle eer die ze toekomt.
Opvallend is het hoge aantal voetbalvrijwilligers. We hebben in de gemeente heel wat voetbalclubs die allemaal drijven op echte clubmensen. Zij draven al jaren op voor allerhande klussen. Is het geen bardienst of schoonmaakklus, dan moeten de lijnen wel worden gekalkt. Neem Bé Wever. Hij is al ruim 50 (!) jaar actief voor voetbalvereniging Zwartemeerse Boys. Tot op 80-jarige leeftijd floot hij nog wedstrijden. Hij had nooit last van blessures. Natuurlijk werd hij erelid. Maar dit is haast letterlijk de kroon op zijn werk. Hij vindt het “mooi man”.
Na afloop blijft het nog lang gezellig in de kerk: een knuffeltje van een kleindochter, nog maar een foto met de burgemeester en “ik vind het heel mooi, burgemeester”. En dat is niet gejokt.  

Chat met een medewerker