Landschap met water en bomen

Computer

05 september 2023
Column burgemeester

Bij het gebakje voor een 60-jarig huwelijk vraag ik het nog wel eens: “en wanneer ging u met pensioen”? Vaak krijg ik dan een antwoord als: “ik was nog geen zestig”.
Ook mijn lieve vader stopte toen hij een jaar of 60 was. Hij had het altijd enorm naar zijn zin op het werk. Dat was voor een deel de norm: je behoorde gewoon te werken. Ik hoor het hem nog ’s ochtends zeggen: “ik ga hoor, de plicht roept”. En dan nooit zonder kus vertrekken. Dat is een van de vele gewoontes die ik heb overgenomen ( “die je ’s morgens nog wou groeten, kan er ’s avonds niet meer zijn”).
Maar zijn pensionering werd versterkt door de komst van de computer. Voor de jonge lezertjes: er was een tijd waarin er nog geen computers waren. Alles ging nog met papier en pen. Mijn vader zag met lede ogen de komst van die helse apparaten aankomen. “Ach lieve jongen,”, zei hij dan wel eens, “daar ben ik veel te oud voor”. Ook na zijn pensioen heeft hij zich er nooit aan “gewaagd”, zoals hij het zelf noemde. Ik vond laatst tussen allerlei paperassen nog een ontroerende lijst met allerlei adressen van mensen die een vakantiekaart van mijn ouders kregen. Getypt op zijn ouderwetse machine. Zijn aannemersverleden zorgde ervoor dat de hamertjes werden aangeslagen alsof er een spijker door een stuk hardhout moest. Er zitten kleine gaatjes in het papier.
Ik snapte mijn vader wel, maar ik keek uit naar de nieuwe tijd. Zo typte ik midden jaren tachtig mijn doctoraalscriptie op een ‘tekstverwerker’. Dat was een soort computer, waarop je alleen kon schrijven. Wat een genot om zomaar een woordje te kunnen vervangen of er tussen te kunnen zetten.
Begin jaren negentig kwamen de eerste computers. Op het gemeentehuis was er eerst 1 per afdeling, zodat er een soort roulatieschema was wie wanneer aan de beurt was. De centrale ‘typekamer’ werd verleden tijd.
We zijn inmiddels vele jaren verder, en de computer is niet meer weg te denken. Dat brengt veel goeds. Maar dan moet het wel werken. Dat begint al met het permanent wisselen van allerlei wachtwoorden, die je moet onthouden. Daarna hapert er van alles met het verbinden. Het digitaal vergaderen via beeldschermen scheelt reistijd. Maar daarvoor komt er een hoop gedoe in de plaats. En om de haverklap is er weer een nieuw systeem. Gelukkig heb ik lieve medewerkers en dochters om me heen die me graag willen helpen. Maar met een zekere regelmaat denk ik terug aan dat zinnetje van mijn lieve vader. Ik kan goed praten en behoorlijk schrijven. Maar met die computers voel ik me soms als een buschauffeur in een formule 1 -auto.

Chat met een medewerker