Aardig zijn
Rond 4 en 5 mei zei ik het in meerdere toespraken: het herdenken en bevrijden heeft meer lading dan ooit. Nog maar 5 jaar geleden leken deze dagen toch wel een soort routine. Het hoorde erbij. Door Corona kreeg het geheel nog veel minder aandacht. Maar nu, slechts 5 jaar later, ziet de wereld er compleet anders uit. Een oorlog in Europa, waardoor we ineens 1.000 Oekraïense vluchtelingen onderdak bieden. Veel foute mannen aan het roer, die in stoerheid tegen elkaar opbieden. En een Nederlands volk waarvan een meerderheid een oorlog vreest en (verstandig) een noodpakket aanschaft. Dit onrustige gevoel bromt de hele tijd in mijn hoofd rondom het weekend van 4 en 5 mei.
Op vrijdag gaan we terug in de geschiedenis van de oorlog met ‘De Opgejaagden’. In het theater zien we het aangrijpende waargebeurde verhaal van kippenboer Zefat die ruimhartig onderdak bood aan vele onderduikers. Hij moest het met de dood bekopen.
Een dag later ben ik op uitnodiging in Rolde bij de ‘Serenade Sisters’. Een sterke zanggroep, die passende liederen laat horen, onderbroken door fraaie teksten van rasartiest Egbert Meyers.
’s Avonds ben ik bij de historische vereniging van Klazienaveen. Nadat ik de aftrap heb mogen doen, krijgen we een boeiende presentatie over Klazienaveen in de oorlog. Zo wist ik niet dat Zwartemeer in 1944 nog een oefenwedstrijd speelde tegen Ajax. De Amsterdammers werden beloond met roggebrood, in die jaren een delicatesse.
Op 4 mei speel ik op het hoofdveld. In de Grote Kerk van Emmen laat Magnificat het schitterende requiem van Fauré horen. In mijn toespraak wijs ik op het belang van het thema ‘vrijheid’, juist in deze bijzondere tijden. Daarna wonen honderden mensen de kranslegging bij. Dat doe ik samen met de Kinderburgemeester en twee Duitse collega’s. Een mooie verbinding.
Op Bevrijdingsdag ben ik eerst in Klazienaveen. Daar vieren we de vrij geruisloze bevrijding van het dorp op 11 april 1945. Het is de bekende Evert ten Napel die in een heuse jeep het nieuws komt brengen: ‘we zijn bevrijd”! Ook hier is het publiek massaal toegestroomd. Bijzondere aandacht is er voor Niesje Blide, die de eerstgeborene was na de oorlog.
Ik rij snel door naar Schoonebeek. Daar ren ik de laatste etappe mee met de lopers die het bevrijdingsvuur hebben opgehaald uit Wageningen. Met de burgemeester van Emlichheim (op oranje hardloopschoenen) bedanken we de lopers voor dit mooie evenement.
We sluiten de festiviteiten af op het bomvolle Raadhuisplein. Daar zien we onder andere een optreden van onze Jannes. Dat geeft een vertrouwd gevoel in onzekere tijden. Zoals ik in al mijn toespraken zei: “we kunnen de wereldvrede niet regelen, maar wel een beetje dichterbij brengen, door in de eigen omgeving aardig te zijn voor elkaar”.