Volkstuin

1. Verhuurder is bereid de volkstuin zoals genoemd in artikel 1.1 (hierna te noemen: de tuin) te verhuren aan huurder ten behoeve van het gebruik als volkstuin; huurder is bereid en voornemens de tuin te huren van de verhuurder en te gebruiken als volkstuin;
2. Verhuurder hecht er belang aan dat de tuin daadwerkelijk wordt gebruikt als volkstuin t.b.v. hobbymatig tuinieren en niet wordt gebruikt voor het uitoefenen van beroepsmatige handelingen en/of verkoop van producten. Daarnaast hecht verhuurder er belang aan dat de tuin als zodanig in stand blijft en te voorkomen dat het genot van aangrenzende volkstuinen wordt beperkt. Om die reden bevat deze overeenkomst een aantal gebods- en verbodsbepalingen;
3. Gelet op het door de Hoge Raad op 26 november 2021 gewezen ‘Didam-arrest’, is de verhuurder, als gemeente, indien zij het voornemen heeft een aan haar toebehorende onroerende zaak te verhuren, gehouden om ruimte te bieden aan (potentiële) gegadigden om mee te dingen naar deze onroerende zaak indien (I) er meerdere gegadigden zijn voor de verhuur van de betreffende onroerende zaak of (II) redelijkerwijze te verwachten is dat er meerdere gegadigden zullen zijn, tenzij op objectieve gronden vaststaat dat slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt.. Verhuurder, de gemeente, is van oordeel dat in dit geval sprake is van een situatie waarin slechts één gegadigde in aanmerking komt voor de huur van de tuin, namelijk de huidige huurder. Huurder heeft de volkstuin reeds (langdurig) in gebruik en voldoet aan de gestelde voorwaarden. De huur van de volkstuinen wordt gepubliceerd in het Gemeenteblad. 

1. De tuin is uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als particuliere volkstuin t.b.v. hobbymatig gebruik.

Artikel 2: Duur, verlenging en opzegging

1. De huurovereenkomst wordt aangegaan voor de duur van 1 jaar, ingaande op 1 januari  en derhalve eindigend op 31 december en wordt, behoudens opzegging, met een termijn van telkens een jaar stilzwijgend verlengd.
2. Deze huurovereenkomst kan gedurende de in artikel 2.1 genoemde periode niet tussentijds door opzegging beëindigen. Beëindiging van deze huurovereenkomst na voormelde periode vindt plaats door opzegging door huurder aan verhuurder of door verhuurder aan huurder tegen het einde van de in artikel 2.1 genoemde periode met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste één maand.
3. Opzegging kan geschieden per aangetekend schrijven of door een brief met ontvangstbevestiging of een e-mail waarop de andere partij expliciet heeft gereageerd dat de opzegging is gelezen en ontvangen.

Artikel 3: Betalingsverplichting, betaalperiode

1. De aanvangshuurprijs van de tuin bedraagt op ingangsdatum op jaarbasis zijn de de huurprijs voor volkstuinen zoals vastgesteld in de Nota Grondprijzen van de gemeente Emmen;
2. De huurprijs wordt jaarlijks geactualiseerd volgens de Nota Grondprijzen van de gemeente Emmen.
3. Verhuurder zal zich inspannen tijdig een nota aan huurder toe te zenden. Het niet tijdig toesturen van deze nota ontslaat de huurder niet van zijn betalingsverplichting.
4. Huurder zal zich bij het voldoen aan zijn betalingsverplichting niet beroepen op verrekening.
5. Als verhuurder het volledige door huurder verschuldigde bedrag niet op de vervaldatum heeft ontvangen, is huurder, zonder dat ingebrekestelling of aanmaning vereist is, de wettelijke rente verschuldigd vanaf deze vervaldatum tot aan de dag van algehele voldoening.
6. De aan de betaling eventueel verbonden kosten zijn voor rekening van huurder.
7. Tussentijdse beëindiging van de huurovereenkomst leidt niet tot terugbetaling van de betaalde jaarhuur.

Artikel 4: Huurprijsaanpassing

1. De in artikel 2, lid 1 genoemde huurprijs kan jaarlijks, per 1 januari,  worden aangepast overeenkomstig de door het college van burgemeester en wethouders vastgestelde tarief zoals opgenomen in de geldende Nota Grondprijzen van de gemeente.
2. De aanpassing van de huurprijs zoals beschreven in artikel 3.2 en 4.1 wordt niet afzonderlijk meegedeeld aan huurder.

Artikel 5: Waarborgsom

1. Huurder zal na ondertekening van deze overeenkomst aan verhuurder een waarborgsom betalen van € 50,00 (zegge vijftig euro en nul eurocent). Voor betaling van de waarborgsom wordt een factuur gestuurd. De waarborgsom dient binnen 14 dagen na verzending van de factuur te worden betaald. Over de waarborgsom wordt geen rente vergoed.
2. De huurovereenkomst treedt pas in werking na ontvangst van de verschuldigde waarborgsom zoals genoemd in lid 1 van dit artikel.
3. De waarborgsom dient tot zekerheid voor al hetgeen huurder op grond van deze overeenkomst is verschuldigd aan verhuurder.
4. Als de waarborgsom is aangesproken, is huurder verplicht om op eerste verzoek van verhuurder de waarborgsom aan te vullen met het bedrag waarvoor de waarborgsom is aangesproken.
5. Na het einde van de huur, de ontruiming en de oplevering, zal verhuurder zo spoedig mogelijk het restant van de waarborgsom terugbetalen, eventueel onder aftrek van hetgeen huurder op grond van het bepaalde in deze overeenkomst aan verhuurder verschuldigd is.

Artikel 6: Verplichtingen, gebod- en verbodsbepalingen huurder 

1. Huurder houdt de tuin na het ingaan van deze huurovereenkomst in gebruik overeenkomstig de in deze huurovereenkomst vermelde bestemming (volkstuin) en zal de tuin, vanaf het begin in goede toestand brengen, regelmatig onderhouden en gebruikt de tuin als een goed huurder tot het einde van de huurovereenkomst. Deze gebruik- en onderhoudsverplichting geldt eveneens indien de huur van de volkstuin gedurende de contractduur door huurder wordt opgezegd.
2. Huurder dient het gedeelte van het pad dat voor en naast zijn tuin ligt, vrij te houden van onkruid en te onderhouden.
3. Huurder dient de tuin gedurende de gehele duur van deze huurovereenkomst daadwerkelijk, behoorlijk en zelf te gebruiken als volkstuin ten behoeve van hobbymatig gebruik. Beroepsmatig gebruik en/of verkoop van op de tuin geteelde producten is niet toegestaan.
4. Partijen verklaren dat hen niets bekend is van een verontreiniging die de tuin ongeschikt maakt voor het gebruik als volkstuin of die kan leiden tot een verplichting tot sanering van de tuin.
5. Voor zover in/op de tuin voor consumptie bestemde gewassen (zullen) worden geteeld, is het telen en het consumeren van bedoelde gewassen volledig voor risico van huurder.
6. Huurder draagt door en voor eigen rekening zorg voor het afvoeren van tuin- en groenafval.
7. Het is huurder niet toegestaan:
   1. in, en/of in de directe omgeving van de tuin open vuur te gebruiken;
   2. in, op aan of in de directe omgeving van de tuin milieugevaarlijke zaken te hebben, waaronder stankverspreidende, brandgevaarlijke of ontplofbare stoffen;
   3. de tuin zodanig te gebruiken dat door dit gebruik bodem- of andere milieuverontreiniging optreedt, schade aan de tuin kan ontstaan of het aanzien van de tuin kan worden geschaad;
   4. andere onkruid- en bestrijdingsmiddelen te gebruiken dan de huidig wettelijk toegestane middelen. Verhuurder geeft de voorkeur aan biologische middelen ter bestrijding van onkruid en ongedierte;
   5. zandafgravingen te verrichten of te doen verrichten, zand of andere grond te verkopen, weg te voeren of aan te (laten) voeren;
   6. in dan wel in de directe omgeving van de tuin hennep te (doen) kweken of te verhandelen en/of de tuin in te richten als hennepkwekerij;
   7. het zonder toestemming van verhuurder op de tuin aanbrengen van antennes, masten, reclameobjecten, schuren, kassen, composteerbakken, carports, garages, andere opstallen en getimmerten, behoudens een afrastering met een hoogte van maximaal 1 meter boven het maaiveld van de grond;
   8. de tuin te gebruiken als opslag van puin, hout, plastic, materialen van welke aard ook (behalve klein tuingereedschap), of te gebruiken als stalling voor auto’s, caravans, boten e.d.;
   9. bomen, struiken en planten hoger te laten groeien dan 3 meter;
   10. overlast te veroorzaken aan andere tuinen door overhangende takken of overmatige schaduw door begroeiing;
   11. Bomen te kappen zonder kapvergunning;
   12. Het zonder toestemming van verhuurder hebben en houden van levende dieren te hebben en te houden of in de tuin overleden dieren te begraven.
8. Huurder is verplicht ervoor zorg te dragen dat hij, noch derden die zich met zijn toestemming op de tuin bevinden, geluids- of andere vormen van overlast aan gebruikers van naburige percelen zal/zullen veroorzaken. Onder overlast wordt ook verstaan de hinder die (gebruikers van) naburige tuinen (kunnen) ondervinden als gevolg van achterstallig onderhoud voor wat betreft het onkruid dat zich verspreidt naar de buurtuinen, maar ook het aanzien van de tuin.
9. Indien er in de tuin kabels, leidingen en/of rioleringen aanwezig zijn, is huurder verplicht om aan de eigenaren ervan toegang tot de tuin te verlenen voor het onderhouden, vernieuwen en/of verwijderen van bedoelde objecten.
10. Huurder zal zich gedragen naar de mondelinge en schriftelijke aanwijzingen door of namens verhuurder gegeven in het belang van een behoorlijk gebruik van de tuin, eventuele huisregels daar uitdrukkelijk onder begrepen. Huurder zal deze voorschriften naleven.
11. Huurder is verplicht, indien dit door verhuurder mocht worden verlangd, de door deze aan te wijzen persoon of personen op de tuin toe te laten teneinde zich te kunnen overtuigen of huurder zijn verplichtingen behoorlijk is nagekomen.
12. Indien de tuin gelegen is op hoeken van wegen, is huurder verplicht struiken of andere beplanting ten genoegen van verhuurder te snoeien en voorwerpen geheel of gedeeltelijk te verwijderen, indien de situatie naar het oordeel van verhuurder gevaarlijk is voor de veiligheid van de personen en goederen, het vrije uitzicht van verkeersdeelnemers belemmert of op andere wijze hinderlijk is voor het verkeer.
13. Het is huurder verboden om de volkstuin geheel of gedeeltelijk onder te verhuren, aan iemand in gebruik af te staan of de huurovereenkomst aan anderen over te dragen in welke vorm dan ook. Indien verhuurder constateert dat sprake is van onderverhuur zal de overeenkomst met huurder  met onmiddellijke ingang worden beëindigd. In dit geval zijn artikel 3, lid 7 en artikel 10 van deze overeenkomst onverminderd van toepassing waarbij voor huurder eveneens onderhuurder wordt verstaan.
14. Het is huurder verboden om, in geval van huur van meerdere tuinen, deze samen te voegen tot één volkstuin zodat er een geheel ontstaat. Er dient tussen de tuinen onderling sprake te zijn van een duidelijke scheiding/grens. 

Artikel 7: Verandering van de tuin

1. Huurder zal de tuin, vanaf het begin in goede toestand brengen en regelmatig onderhouden.
2. Het is huurder, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de verhuurder, niet toegestaan de aard van de tuin, als volkstuin, te veranderen of bouwwerken aan te brengen. Bouwwerken die zonder toestemming zijn aangebracht zullen door huurder op eerste aanzegging van verhuurder ongedaan worden gemaakt. Indien huurder hier geen gehoor aan geeft, zal verhuurder de illegale bouwwerken voor rekening van huurder verwijderen.
3. Huurder is verplicht ervoor zorg te dragen, dat bij de uitvoering van werkzaamheden, waarvoor hij toestemming van verhuurder heeft gekregen, voldaan wordt aan ter zake door de overheid gestelde of te stellen eisen, alsmede dat de daarvoor benodigde vergunningen zullen worden verkregen, waarbij een verleende (omgevings)vergunning niet gelijk kan worden gesteld aan de (privaatrechtelijke) toestemming van verhuurder.
4. Een verleende toestemming van verhuurder is eenmalig en geldt niet voor daaropvolgende gevallen.

Artikel 8: Schade en aansprakelijkheid

1. Verhuurder is niet aansprakelijk voor schade die ontstaat aan persoon of zaken van huurder of van derden, behalve wanneer deze schade optreedt als gevolg van de staat van de tuin, voor zover verhuurder ter zake daarvan grove schuld treft of ernstig nalatig is gebleven.
2. Verhuurder is niet aansprakelijk voor schade die voor huurder voortvloeit uit gebeurtenissen, welke plaatsvinden zonder dat verhuurder ter zake daarvan grove schuld treft of ernstig nalatig is gebleven en welke afbreuk doen aan het rustig genot van de tuin voor huurder. Verhuurder is niet gehouden om huurder te vrijwaren voor belemmeringen van feitelijke aard die derden huurder in zijn genot van de tuin toebrengen.
3. Huurder zal alle nodige maatregelen nemen ter voorkoming van schade aan de tuin en de eventueel daarin aanwezige kabels en leidingen. Hij zal verhuurder onverwijld op de hoogte brengen van schade of gebreken die aan de tuin dreigen te ontstaan of zijn ontstaan.
4. Alle schade en vernielingen aan de tuin, die door toedoen of nalatigheid van huurder gedurende de huurperiode aan de tuin mocht(en) ontstaan, anders dan voortvloeiend uit het normale gebruik daarvan, dient/dienen, voor zover verhuurder zulks wenst, op eerste aanzegging van verhuurder door of vanwege huurder en op zijn kosten geheel te worden hersteld. Indien huurder dit nalaat, vindt herstel plaats door verhuurder voor rekening van huurder.
5. Huurder vrijwaart verhuurder voor alle aanspraken van derden wegens toegebrachte schade of veroorzaakte hinder, voortvloeiende uit het gebruik van de tuin.
6. Verhuurder is niet verantwoordelijk voor het verwijderen van wespennesten of andere insecten of ongedierte. Huurder zal door en voor eigen rekening en risico zorgdragen voor de eventuele bestrijding hiervan. Een uitzondering hierop is de bestrijding van de (exoot) Aziatische hoornaar. In dat geval dient huurder een melding te doen aan verhuurder onder vermelding van de locatie van het nest van de Aziatische hoornaar. 

Artikel 9: Bodemgesteldheid

1. Bij elk vermoeden of constatering van bodemverontreiniging rust op huurder en verhuurder een wederzijdse inlichtingenplicht, ongeacht de oorzaak en omvang van de bodemverontreiniging.
2. Indien verhuurder redenen heeft om aan te nemen dat de huurder op de volkstuin of op het volkstuinencomplex bodemverontreiniging heeft veroorzaakt of nog veroorzaakt, is verhuurder gerechtigd een verkennend bodemonderzoek te (laten) verrichten. Huurder is verplicht verhuurder hiertoe in de gelegenheid te stellen en zijn medewerking aan dit onderzoek te verlenen. De kosten voor dit verkennend bodemonderzoek zijn voor rekening van huurder.
3. Indien verhuurder redenen heeft om aan te nemen dat op een andere wijze op de volkstuin of op het volkstuinencomplex bodemverontreiniging is veroorzaakt, is verhuurder gerechtigd een verkennend bodemonderzoek te (laten) verrichten. Huurder is verplicht verhuurder hiertoe in de gelegenheid te stellen en zijn medewerking aan dit onderzoek te verlenen. De kosten voor dit verkennend bodemonderzoek zijn voor rekening van de verhuurder.
4. Indien en zodra onherroepelijk komt vast te staan dat Huurder de bodemverontreiniging heeft veroorzaakt, komen de kosten van de sanering voor rekening van huurder (dit geldt ook ingeval er geen saneringsplicht is cf. de wet bodembescherming).
5. Huurder blijft ook na beëindiging van de huurovereenkomst aansprakelijk voor de kosten voor het saneren van de bodemverontreiniging zoals genoemd onder lid 2 en 4.

Artikel 10: Einde huurovereenkomst

1. Huurder zal de tuin bij het einde van huurovereenkomst geheel ontruimd, vrij van gebruik en gebruiksrechten opleveren. Huurder is verplicht alle zaken die door hem in of in de directe omgeving van de tuin zijn aangebracht of door hem van de voorgaande huurder of gebruiker zijn overgenomen op eigen kosten te verwijderen, tenzij met verhuurder is overeengekomen dat deze zaken kunnen blijven staan. Voor niet verwijderde zaken is verhuurder geen vergoeding verschuldigd. De niet verwijderde zaken kunnen door verhuurder op kosten van huurder worden verwijderd.
2. Indien huurder het gebruik van de tuin  niet tijdig heeft beëindigd, is verhuurder gerechtigd zich op kosten van huurder de toegang tot de tuin te verschaffen en zich in het bezit daarvan te stellen, zonder dat huurder enig recht op schadevergoeding heeft.
3. Alle zaken waarvan huurder kennelijk afstand heeft gedaan door deze in/op de tuin achter te laten bij het daadwerkelijk verlaten van de tuin, kunnen door verhuurder, naar verhuurders inzicht, zonder enige aansprakelijkheid zijnerzijds, op kosten van huurder worden verwijderd. Verhuurder heeft het recht om deze zaken naar eigen goeddunken terstond op kosten van huurder te laten vernietigen dan wel zich deze zaken toe te eigenen en indien gewenst, te verkopen en de opbrengst daarvan te behouden, dit alles tenzij verhuurder er door huurder en de opvolgend huurder schriftelijk van op de hoogte is gesteld dat de opvolgende huurder de zaken heeft overgenomen.
4. Tenzij tussen huurder en verhuurder schriftelijk anders is overeengekomen, is huurder in geen geval gerechtigd om zaken na beëindiging van de huurovereenkomst in/bij de tuin achter te laten in afwachting van het antwoord op de vraag of een opvolgend huurder deze zaken wellicht wenst over te nemen. Als huurder zich hier niet aan houdt, is verhuurder gerechtigd om de betreffende zaken naar eigen goeddunken terstond op kosten van huurder te laten vernietigen dan wel zich deze zaken toe te eigenen en indien gewenst, te verkopen en de opbrengst daarvan te behouden.

Artikel 11: Beheerder en contactpersoon

1. Totdat verhuurder anders meedeelt, treedt als beheerder op team Vastgoed en Grondzaken van de gemeente Emmen.
2. Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen, dient huurder voor wat betreft de inhoud en alle verdere aangelegenheden betreffende deze huurovereenkomst met de beheerder contact op te nemen.
3. Ingeval van een aangewezen contactpersoon op het volkstuinencomplex, kunnen  de in lid 2 genoemde aangelegenheden  worden  gemeld bij deze contactpersoon, die vervolgens  de melding doorgeeft aan verhuurder.
4. De contactpersoon houdt de wachtlijst voor het volkstuincomplex bij en deelt deze tenminste 2 keer per jaar met verhuurder uitgaande van peildatum 1 januari en 1 oktober. 

Artikel 12: Hoofdelijkheid en onoverdraagbaarheid

1. Indien meerdere personen zich als huurder hebben verbonden, zijn deze steeds hoofdelijk en ieder voor het geheel aansprakelijk voor alle uit de overeenkomst voortvloeiende verbintenissen.
2. Deze huurovereenkomst is niet overdraagbaar aan derden, aangezien huur een persoonlijk recht betreft.

Artikel 13: Verzuim

1. Een partij is ten opzichte van de wederpartij in verzuim, indien hij, na in gebreke te zijn gesteld, nalatig is of blijft aan een verplichting uit hoofde van deze overeenkomst te voldoen. Ingebrekestelling moet met inachtneming van een termijn van acht dagen geschieden, door middel van een schriftelijke verklaring gericht aan de nalatige partij. Indien de nalatige partij, na in gebreke te zijn gesteld, binnen voormelde termijn van acht dagen alsnog zijn verplichtingen nakomt, is deze partij desalniettemin gehouden de schade van de wederpartij of partijen ten gevolge van de niet tijdige nakoming te vergoeden.
2. Wanneer een partij in verzuim is, derhalve na gemelde termijn van acht dagen, is deze verplicht de schade die de wederpartij dientengevolge lijdt te vergoeden en kan de wederpartij of partijen nakoming van de overeenkomst vorderen, dan wel de overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomstdoor middel van een aan de partij, die in verzuim is, gerichte brief ontbinden.

Artikel 14: Wijziging gegevens

Indien huurder verhuist, dient hij verhuurder schriftelijk in kennis te stellen van zijn nieuwe adres, bij gebreke waarvan verhuurder het aanvankelijke adres van huurder als juiste adres mag aanmerken.

Artikel 15: Toepassing Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob)

1. Op deze overeenkomst is de ‘Beleidslijn voor de toepassing van de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur’ van toepassing, die door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld op 7 november 2023 (zaaknummer 325358-2023).  De huurder is bekend met de inhoud van de beleidslijn. De Huurder aanvaardt het risico van mogelijke toepassing van de beleidslijn, zoals geregeld in lid 2 tot en met lid 6 van dit artikel.
2. De Gemeente kan de Huurder onderwerpen aan een Bibob-onderzoek, indien het college van burgemeester en wethouders gerede twijfel heeft over de uitvoering van deze overeenkomst in verband met aanwijzingen dat er gevaar bestaat dat:
   1. de vastgoedtransactie mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten;
   2. in of met de onroerende zaak waar de vastgoedtransactie betrekking op heeft, mede strafbare feiten zullen worden gepleegd, of;
   3. er feiten en omstandigheden zijn, die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat ter verkrijging of behoud van een vastgoedtransactie een strafbaar feit is gepleegd. Gedurende het Bibob-onderzoek kan de Gemeente de nakoming van haar verplichtingen jegens de Huurder opschorten.
3. Het Bibob-onderzoek behelst in eerste instantie dat de Huurder een Bibob-vragenlijst volledig moet invullen. De Gemeente maakt daarbij gebruik van het vragenformulier met betrekking tot vastgoed transacties, zoals bedoeld in artikel 7a lid 5 van de Wet Bibob.
4. De Gemeente kan het Landelijk Bureau Bibob om advies vragen, met het oog op de taak van het Landelijk Bureau Bibob, zoals genoemd in artikel 9 lid 3 van de Wet Bibob.
5. De Gemeente kan de nakoming van haar verplichtingen jegens de Huurder opschorten of deze overeenkomst door middel van een aan de Huurder gerichte schriftelijke verklaring beëindigen, zonder gehouden te zijn tot vergoeding van eventuele schade en zonder daarbij een termijn in acht te hoeven nemen, indien uit eigen onderzoek of uit het advies van het Landelijk Bureau Bibob naar het oordeel van de Gemeente blijkt dat er sprake is van:
   1. een ernstig gevaar of tenminste een mindere mate van gevaar dat deze vastgoedtransactie mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten;
   2. een ernstig gevaar of tenminste een mindere mate van gevaar dat in of met de onroerende zaak waar de vastgoedtransactie betrekking op heeft, mede strafbare feiten zullen worden gepleegd, of;
   3. feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat ter verkrijging of behoud van een vastgoedtransactie een strafbaar feit is gepleegd.
6. De Gemeente kan de nakoming van haar verplichtingen jegens de Huurder opschorten of deze overeenkomst door middel van een aan de Huurder gerichte schriftelijke verklaring ontbinden of beëindigen, indien;
   1. de Huurder heeft nagelaten de vragen, die door de Gemeente zijn gesteld op grond van artikel 7a van de Wet Bibob, volledig en naar waarheid te beantwoorden, of;
   2. de Huurder heeft nagelaten de vragen, die hem door het Landelijk Bureau Bibob zijn gesteld op grond van artikel 12 lid 3 van de Wet Bibob, volledig en naar waarheid te beantwoorden.
7. De begrippen ‘ernstig gevaar’ of: ‘mindere mate van gevaar’, ‘strafbare feiten’ en ‘feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden’ hebben in dit artikel de betekenis, die daaraan in de Wet Bibob is toegekend.
8. De Gemeente sluit jegens de Huurder iedere aansprakelijkheid uit voor schade als gevolg van opschorting van de nakoming van de verplichtingen van de Gemeente jegens de Huurder of beëindiging van deze overeenkomst op grond van het bepaalde in dit artikel. In geval van opschorting of beëindiging op grond van het bepaalde in dit artikel zal de Huurder geen aanspraak maken op schadevergoeding en zal de Huurder de Gemeente vrijwaren voor aanspraken, die derden in verband met de opschorting of beëindiging jegens de Gemeente doen gelden.