Heeft u overlast of schade van een beschermd dier? De gemeente kan u vertellen wat u moet doen of u doorverwijzen naar een deskundige.
Soms hebben mensen last van dieren uit hun omgeving. Heeft u overlast of schade van een beschermd dier? U kunt dit wel melden bij de gemeente. Maar u mag de beschermde dieren niet verjagen, vangen of doden. Ook mag u de verblijfplaatsen, zoals een nest of holletje, van deze dieren niet verstoren of beschadigen. De gemeente kijkt u de overlast beperkt kan worden en gaat met u in gesprek.
Beschermde dieren die overlast of schade kúnnen veroorzaken, zijn bijvoorbeeld vleermuizen, bijen, wolven of steenmarters. Ook ganzen, hazen, konijnen, roeken, vossen en dassen zijn beschermde diersoorten.
In de Wet natuurbescherming zijn verschillende verboden opgenomen. Hierin staat beschreven welke diersoorten beschermd zijn. Deze dieren mogen dus niet gedood of verstoord worden.
In sommige situaties en onder bepaalde voorwaarden kunt u (of de gemeente) een vrijstelling of ontheffing krijgen als u overlast heeft van een beschermde diersoort. Deze vraagt u aan bij het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Met een vrijstelling of ontheffing kan er op de eventuele overlast ingegrepen worden.
Het verschil tussen een vrijstelling en ontheffing is:
- Een vrijstelling is een uitzondering op een verbod. Deze uitzondering geldt dan voor iedereen die aan de voorwaarden voldoet.
- Een ontheffing is een besluit dat er voor een persoonlijk (individueel) geval een uitzondering wordt gemaakt op een wettelijk verbod.